Overzicht fiscale maatregelen naar aanleiding van corona

Naar aanleiding van de verspreiding van het coronavirus hebben de federale en gewestelijke overheden fiscale maatregelen genomen met betrekking tot hun respectievelijke bevoegdheden. In grote lijnen komen de maatregelen neer op toleranties, verlengingen van termijnen en uitstel van betalingen.

Enkele algemene maatregelen hebben tot doel om ondernemingen ademruimte te geven en zijn van toepassing voor iedere federale belasting, ongeacht de activiteitensector:

Personenbelasting;
Bedrijfsvoorheffing;
Vennootschapsbelasting;
Btw;
Rechtspersonenbelasting.

De maatregelen bestaan uit het kunnen overeenkomen van een afbetalingsplan, een vrijstelling van nalatigheidsinteresten en de kwijtschelding van boetes wegens laattijdige betaling. De steunmaatregelen worden niet toegekend aan ondernemingen die, reeds los van het coronavirus, betalingsmoeilijkheden hadden.

Om die algemene maatregelen aan te vragen, zal men uiterlijk 30 juni 2020 per schuld een aanvraag moeten indienen via een standaardformulier (ter beschikking op de website van de FOD Financiën) bij het Regionaal Invorderingscentrum van de woonplaats.

Naast die algemeen geldende maatregelen zijn er enkele specifieke maatregelen. Hieronder geven we een overzicht van de belangrijkste maatregelen op vlak van personenbelasting, vennootschapsbelasting, btw, onroerende voorheffing, registratie- en erfbelasting en enkele maatregelen die nog in de pijplijn zitten.

1. Personenbelasting

1.1. Op het vlak van personenbelasting is er als voornaamste maatregel het uitstel van betaling van de belastingen. Voor iedere aanslag voor inkomsten van 2019 die gevestigd wordt vanaf 12 maart 2020 (dit wordt op het aanslagbiljet vermeld) krijgt men 2 maanden extra de tijd om de belastingen te betalen. Die 2 maanden komen bovenop de normale betalingstermijn en zonder aanrekening van nalatigheidsinteresten.

1.2. Voor personen die belast worden op hun winsten en baten (zelfstandigen) heeft de regering beslist om de percentages van de voordelen (de “bonificatie”) van de voorafbetalingen van de derde en de vierde vervaldag, respectievelijk 10 oktober en 20 december, te verhogen. Hierdoor wordt het minder nadelig om de voorafbetalingen uit te stellen.

Schematisch:

1.3. Wat de bedrijfsvoorheffing betreft, is er het automatisch uitstel van betaling van de bedrijfsvoorheffing voor een periode van 2 maanden, zonder boetes of nalatigheidsinteresten. Dit uitstel geldt enkel voor de schuldenaars van de bedrijfsvoorheffing. De percentages van de vermeerderingen zelf blijven ongewijzigd, net zoals de data van de voorafbetalingen.

Schematisch:

1.4. Daarnaast kunnen werkgevers tijdens de coronacrisis een tijdelijke onkostenvergoeding voor thuiswerk toekennen aan hun werknemers. De Dienst Voorafgaande Beslissingen heeft hiervoor een standaardaanvraag uitgewerkt op basis waarvan de vergoeding maximaal 126,94 euro bedraagt en maandelijks kan worden toegekend. Zoals in een eerdere nieuwsflash toegelicht, is de vergoeding vrij van RSZ en inkomstenbelastingen.

1.5. Wat betreft de vergoeding voor tijdelijke werkloosheid: een werknemer in tijdelijke werkloosheid heeft recht op een uitkering gelijk aan 70% van zijn gemiddeld loon (met een plafond van 2.754,76 euro per maand, eventueel te vermeerderen met een supplement van 5,63 euro per dag. De bedrijfsvoorheffing hierop bedraagt 15% voor uitkeringen van 1 mei 2020 tot 31 december 2020. Merk op dat deze maatregel enkel betrekking heeft op de voorheffing zelf en dat dit geen belastingverlaging is. De belastingdruk op de inkomsten blijft dus ongewijzigd, tenzij de regering ook op dat vlak maatregelen zou nemen.

1.6. Er werd besloten dat de bezoldigingen met betrekking tot de 120 bijkomende vrijwillige overuren in kritieke sectoren worden vrijgesteld van inkomstenbelastingen. Kritieke sectoren zijn sectoren die noodzakelijk zijn voor de bescherming van het land en de behoeften van de bevolking tijdens de coronacrisis. De vrijstelling geldt voor prestaties tijdens de periode van 1 april 2020 tot en met 30 juni 2020.

1.7. De vergoedingen die door de gemeenschappen, gewesten, provincies of gemeenten worden toegekend voor de economische gevolgen die belastingplichtigen ondervinden naar aanleiding van de overheidsmaatregelen omtrent de coronacrisis worden vrijgesteld van inkomstenbelastingen. De vrijstelling geldt enkel voor vergoedingen die worden betaald of toegekend tussen 15 maart 2020 en 31 december 2020 voor zover zij niet beschouwd worden als een directe of indirecte vergoeding voor geleverde goederen of verleende diensten.

1.8. Er werden eveneens maatregelen genomen met betrekking tot grensarbeiders. Velen onder hen worden door de coronamaatregelen aangespoord om deze periode van thuis uit te werken. In het merendeel van de dubbelbelastingverdragen werd overeengekomen dat grensarbeiders een maximaal aantal dagen op een andere plaats mogen werken (bijvoorbeeld thuis). Bij overschrijding van dat aantal dagen riskeren zij hun statuut van grensarbeider te verliezen. In de Belgisch-Luxemburgse overeenkomst is dit (nu nog) maximaal 24 dagen en in de Belgisch-Franse overeenkomst is dit maximaal 30 dagen. Met betrekking tot deze overeenkomsten worden enkele situaties omschreven die buiten de berekening van de 24 of 30 dagentermijn vallen, onder meer in geval van overmacht. De Belgisch-Luxemburgse en Belgisch-Franse autoriteiten hebben beslist dat de crisis rond corona als overmacht wordt beschouwd en dat het thuiswerk vanaf 14 maart 2020 niet in aanmerking zal worden genomen voor de berekening van de termijn van, respectievelijk, 24 of 30 dagen. Met betrekking tot de Belgisch-Franse overeenkomst werd bepaald dat de regeling van toepassing is tot en met 30 juni 2020. Merk op dat de regeling voor grensarbeiders tussen België-Frankrijk enkel nog relevant is voor Franse werknemers die in België komen werken (en nu dus in Frankrijk thuiswerk verrichten). De regeling voor Belgische grensarbeiders die in Frankrijk werken werd immers in 2007 afgeschaft.

De Belgisch-Duitse en Belgisch-Nederlandse autoriteiten hebben eveneens in een gelijkaardige beslissing voorzien. Voor Belgisch-Duitse grensarbeiders wordt het thuiswerk n.a.v. corona vanaf 11 maart 2020 tot 31 mei 2020 geacht te hebben plaatsgevonden in het land waar de grensarbeider zijn of haar dienstbetrekking normaal gezien uitoefent. Het is dus aan te raden om bewijzen te verzamelen zodat je kan aantonen dat het thuiswerk effectief te wijten is aan corona. De maatregel kan nog verlengd worden indien de autoriteiten dit uiterlijk één week voor het einde van de maand overeenkomen. Voor Belgisch-Nederlandse grensarbeiders geldt dezelfde regeling voor het thuiswerk van 11 maart 2020 tot 31 mei 2020.

1.9. Daarnaast werd er voorzien in een belastingvermindering voor giften van medisch materiaal. Voorbeelden zijn mondmaskers, ontsmettende middelen, testsets voor het coronavirus, beademingstoestellen, software, computers, poncho’s, beschermkledij, zepen,… De regeling is niet bedoeld voor geneesmiddelen. De belastingvermindering bedraagt 45% van de waarde van de gedane gift in natura en kan enkel genoten worden bij een waarde van minstens 40 euro. Indien de waarde niet bewezen kan worden door middel van een aankoopfactuur, heeft de wetgever voorzien in enkele forfaitaire bedragen voor bepaalde goederen. Vereist is dat de gift plaatsvindt tussen 1 maart en 30 juni 2020 en gedaan wordt aan overheids- en andere publiekrechtelijke instellingen (vb. gevangenis), ziekenhuizen, OCMW’s of hun ziekenhuizen, woonzorgcentra, gehandicaptenzorg, onderwijsinstellingen, humanitaire hulporganisaties,… Er zijn enkele formaliteiten die vervuld moeten worden, zie puntje 3.5. op vlak van btw.

1.10. Als men bovendien tijdelijk extra kosten zou maken voor het produceren van medische hulpgoederen, kan men deze kosten inbrengen als beroepskosten.

Kosten die verbonden zijn aan giften in natura gedaan tussen 1 maart 2020 en 31 juli 2020 kunnen eveneens als aftrekbare beroepskosten beschouwd worden. Vereist is onder andere dat de giften gedaan worden door belastingplichtigen die winsten of baten verkrijgen en dat de giften worden gedaan aan welbepaalde instellingen of organisaties (ziekenhuizen, woonzorgcentra, gehandicaptenzorg, onderwijsinstellingen, openbare overheden, humanitaire hulporganisaties,…). Voor het schenken van computers aan scholen zijn de kosten aftrekbaar als beroepskosten indien ze gedaan worden in de periode van 1 maart 2020 tot 1 september 2020.

1.11. Tenslotte is er een regeling uitgewerkt met betrekking tot de belastingvermindering voor kinderoppas of opvang voor activiteiten die worden geannuleerd in het kader van corona. Uitgaven voor een kinderoppas geven recht op een belastingvermindering van 45% van de betaalde uitgaven. Normaal gezien wordt de belastingvermindering enkel verleend indien de opvang ook effectief heeft plaatsgevonden. Om te voorkomen dat ouders hun geld terug zouden vragen, werd er besloten dat de belastingvermindering ook genoten kan worden voor opvang die geannuleerd werd in de periode van 14 maart 2020 tot 30 juni 2020 naar aanleiding van de corona-crisis. Voorwaarde is wel dat men het geld niet terugvraagt en dat men een attest ontvangt van de organisator. Vergelijk het voor de eenvoud met een aftrekbare gift.

P.S.: FOD Financiën heeft laten weten dat zij telefonisch ter beschikking staan om te helpen bij het invullen van jouw belastingaangifte. De sessies voor hulp bij het invullen van de aangiften werden immers geannuleerd door corona.

2. Vennootschapsbelasting

2.1. De voornaamste maatregel op het vlak van vennootschapsbelasting heeft betrekking op de waardeverminderingen op handelsvorderingen. Zodra er een handelsvordering ontstaat, moet deze boekhoudkundig als een opbrengst verwerkt worden en maakt deze opbrengst principieel deel uit van de belastbare basis. Dit wordt problematisch wanneer de handelsvorderingen niet geïnd (kunnen) worden, zoals nu mogelijk kan zijn naar aanleiding van de omstandigheden omtrent corona. De fiscale administratie heeft te kennen gegeven dat de corona-crisis geldt als een bijzondere omstandigheid die de fiscale vrijstelling rechtvaardigt van waardeverminderingen op handelsvorderingen op ondernemingen die een betalingsachterstand hebben opgelopen als gevolg van de maatregelen die door de overheid werden opgelegd. De vrijstelling wordt niet automatisch verleend. Men zal de situatie dus moeten toelichten d.m.v. een opgave 204.3, men moet de schuldenaar met solvabiliteitsproblemen identificeren en bovendien bewijzen dat de betalingsachterstand rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van de overheidsmaatregelen. De administratie heeft te kennen gegeven dat er “enige soepelheid” mag worden toegepast bij deze beoordeling. De maatregel biedt dus vooral een verlichting van de bewijslast en meer zekerheid aan de belastingplichtige.

2.2. Een tweede maatregel bestaat uit het wijzigen van de percentages van voorafbetalingen van de inkomstenbelasting (zoals ook voor zelfstandigen voorzien is, zie 1.2.). De maatregel is enkel bedoeld voor bedrijven met liquiditeitsproblemen. Hierdoor geldt de maatregel niet voor vennootschappen die een inkoop van eigen aandelen of een kapitaalvermindering doen, noch voor vennootschappen die dividenden betalen of toekennen tussen 12 maart 2020 en 31 december 2020. De percentages van de vermeerderingen zelf blijven ongewijzigd, net zoals de data van de voorafbetalingen.

Schematisch zien de voorafbetalingen er als volgt uit:

2.3. In de vennootschapsbelasting is het eveneens mogelijk om extra kosten voor het produceren van medische hulpgoederen in te brengen als beroepskosten.

2.4. Ook vennootschappen kunnen medische hulpgoederen schenken. In plaats van de belastingvermindering zoals in de personenbelasting, komen de geschonken goederen in de vennootschapsbelasting niet in aanmerking als “verleende abnormale of goedgunstige voordelen”. Bovendien zijn de kosten die verband houden met de geschonken goederen fiscaal aftrekbaar. De maatregel kan enkel genoten worden indien aan alle vereisten uit de btw voldaan is (zie puntje 3.5.). Indien de vennootschap niet btw-plichtig is, moet de vennootschap alsnog hetzelfde bewijs leveren als de btw-belastingplichtigen.

2.5. Met betrekking tot de tax shelter werd besloten dat de termijn voor het verrichten van uitgaven verlengd wordt. Voor podiumkunsten wordt de termijn van 24 maanden verlengd met 6 maanden en voor de audiovisuele sector wordt de termijn van 18 maanden (24 maanden voor animatie) eveneens verlengd met 6 maanden. Om te kunnen genieten van de termijnverlenging moet de producent aantonen dat er rechtstreeks schade werd geleden door de overheidsmaatregelen rond de coronacrisis. Bovendien werden de grensbedragen opgetrokken ten belope waarvan de investeerder kan worden vrijgesteld. Voor vennootschappen die onderworpen zijn aan het tarief van 29%, wordt het maximumbedrag opgetrokken van 850.000 euro tot 1.700.000 euro. Voor vennootschappen die onderworpen zijn aan het tarief van 25%, wordt het maximumbedrag opgetrokken van 1.000.000 euro tot 2.000.000 euro.

2.6. Tenslotte krijgt men net als bij de personenbelasting 2 maanden extra de tijd om de belastingen te betalen die vanaf 12 maart werden gevestigd voor inkomsten van 2019. Die 2 maanden komen bovenop de normale betalingstermijn en zonder aanrekening van nalatigheidsinteresten.

3. BTW

3.1. De eerste maatregel met betrekking tot de btw heeft betrekking op het uitstel voor het indienen van de periodieke btw-aangiften. De termijn voor de aangifte van april werd verlengd tot 5 juni 2020.

Daarnaast wordt er een automatisch uitstel van betaling verleend van 2 maanden.

Schematisch:

3.2. Een tweede maatregel heeft betrekking op de betalingstermijn voor de bijzondere aangifte 629 voor het eerste kwartaal van 2020. Normaal gezien zou die termijn aflopen op 20 april 2020, maar deze wordt nu verlengd tot 20 juni 2020.

3.3. Een derde maatregel op het vlak van btw is de versnelde teruggave van btw voor de maandaangifte van februari 2020. Alle maandindieners komen in aanmerking voor een versnelde teruggave van btw wanneer zij dit uiterlijk op 30 april 2020 aanvroegen in hun periodieke btw-aangifte.

3.4. Daarnaast werd een maatregel uitgewerkt voor forfaitaire belastingplichtigen. Sommige forfaitaire belastingplichtigen kunnen een inventaris opmaken van hun niet verkochte en vernietigde goederen om hun omzet aan te passen aan de corona-crisis:

Slagers-spekslagers (F02);
Bakkers, brood- en banketbakkers (F03);
Kleinhandelaars in zuivelproducten en melkventers (F06) wanneer ze enkel op openbare markten hun koopwaar verkopen en ze geen vaste winkeluitbating hebben. Ze hebben dus geen gemengde activiteit;
Consumptie-ijsbereiders (F09);
Frituurexploitanten (F16);
Foornijveraars (F19) wanneer ze hun goederen tijdens de crisis niet kunnen blijven verkopen, dus ook niet om mee te nemen of af te halen;
Caféhouders (F04-24) wanneer ze hun bederfbare goederen hebben moeten vernietigen als gevolg van de verplichte sluiting ten gevolge van de coronacrisis.

Deze forfaitaire belastingplichtigen kunnen m.b.t. het eerste kwartaal van 2020 een éénmalige inventaris opmaken, per koopwarengroep van de niet verkochte en vernietigde goederen als gevolg van de corona-crisis.

De éénmalige inventaris moet per koopwarengroep melding maken van:

Nummer en factuur datum;
De aard van de bederfbare goederen;
De hoeveelheid en de inkoopprijs van de niet-verkochte en vernietigde goederen.

De belastingplichtige wordt aangemaand om met “de nodige voorzichtigheid en oprechtheid te handelen” aangezien de administratie, gezien de omstandigheden, niet in staat is om de vernietiging van de goederen ter plekke vast te stellen.

De bederfbare goederen hebben normaal gezien een vervroegde taxatie ondergaan. Doordat de goederen niet doorverkocht kunnen worden, moeten deze ontheven worden van de forfaitaire belasting. De in de inventaris per koopwarengroep opgenomen waarden kunnen in mindering gebracht worden van de waarden per koopwarengroep waarop de forfaitaire coëfficiënten gewoonlijk toegepast worden voor het eerste kwartaal van 2020. Deze tolerantie geldt niet wanneer er gewoonlijk reeds een inventaris wordt bijgehouden of wanneer de bederfbare goederen toch verkocht konden worden (vb. doorverkoop aan collega-uitbater).

Daarnaast is het voor de volgende belastingplichtigen mogelijk om de berekening van het forfait op hun omzet aan te passen:

Herenkappers, dameskappers en heren+dameskappers (F05): Het aantal typediensten waarmee rekening moet gehouden worden op het berekeningsblad VF 2020 (Kader II) dat als basis dient voor de btw-aangifte m.b.t. het eerste kwartaal van 2020 bedraagt 944 i.p.v. 1140 voor heren en 442 i.p.v. 534 voor dames;
Foornijveraars (F19): Voor de verrichtingen van vermaak- en spektakelinrichtingen van de forfaitaire btw-belastingplichtige foornijveraars dient op het berekeningsblad VF 2020 dat als basis dient voor de btw-aangifte van het eerste kwartaal van 2020 het minimum per kwartaal van 850 euro (Kader I, A. en Kader III, A.) vervangen te worden door 680 euro.

De overheid heeft meegedeeld dat er bij de directe belastingen (personen- en vennootschapsbelasting) rekening zal worden gehouden met deze maatregel in de btw.

3.5. Bovendien deelt de FOD Financiën mee dat er geen btw verschuldigd is bij het schenken van medische hulpgoederen aan ziekenhuizen. Normaal gezien kan de btw enkel afgetrokken worden bij een verkoop en niet bij een schenking.

Per schenking moet een document in tweevoud (1 voor de schenker, 1 voor de begunstigde) worden opgesteld, met vermelding van:

Datum;

Maatschappelijke benaming, adres en btw-identificatienummer van de belastingplichtige schenker;
Maatschappelijke benaming, adres en btw-identificatienummer van de begunstigde van de schenking;
Volledige en correcte omschrijving van de geschonken goederen;
Vermelding van de hoeveelheid goederen.

3.6. Tenslotte heeft de overheid maatregelen genomen met betrekking tot de btw op mondmaskers (codes NC 4818 90 10 00, 4818 90 90 00, 6307 90 98 10, 6307 90 98 91, 6307 90 98 99 en 9020 00 00 80) en alcoholgels. De btw-tarieven hierop worden tijdelijk verlaagd van 21% naar 6% voor de periode van 4 mei 2020 tot en met 31 december 2020.

De invoer van bepaalde medische goederen en hulpmiddelen (maskers, testkits, ventilatoren,…) wordt vrijgesteld van btw. De vrijstelling is retroactief van toepassing voor goederen ingevoerd vanaf 30 januari 2020 tot en met 31 juli 2020. Bovendien kan de vrijstelling enkel genoten worden indien de invoer gebeurt door of voor rekening van erkende overheidsinstellingen, ziekenhuizen, humanitaire hulporganisaties of instellingen met een liefdadig of filantropisch karakter.[1] Het is mogelijk om een terugbetalingsverzoek in te dienen wanneer je aan de voorwaarden voldoet en sinds 13 maart 2020 btw op de invoer hebt betaald.

4. Onroerende voorheffing

4.1. Naar aanleiding van de coronacrisis heeft de Vlaamse Regering laten weten dat gemeenten tijdelijk de mogelijkheid krijgen om wijzigingen aan te brengen aan de opcentiemen van de onroerende voorheffing van dit jaar. Indien de gemeente hiervan gebruik maakt, moeten zij hun oorspronkelijke besluit uiterlijk op 20 mei intrekken en uiterlijk op 31 mei het nieuwe besluit meedelen aan de Vlaamse Belastingdienst.

Aangezien een groot deel van de onroerende voorheffing bestaat uit de gemeentelijke opcentiemen, zou een mogelijke wijziging dus zeker merkbaar zijn op het aanslagbiljet.

4.2. De nieuwe termijn voor de gemeenten zorgt er wel voor dat de inningsprocedure mee verschuift waardoor je het aanslagbiljet ook enkele maanden later zal ontvangen (vermoedelijk vanaf september).

De maatregel geldt enkel voor bedrijven die rechtspersonen zijn. Eenmanszaken kunnen eventueel een beroep doen op een afbetalingsplan en eventueel de kwijtschelding van nalatigheidsinteresten vragen.

5. Registratie- en erfbelasting

5.1. Met betrekking tot de registratie- en erfbelasting voorziet de Vlaamse Belastingdienst in een algemene termijnverlenging van 2 maanden na het einde van de verstrengde corona-maatregelen. De verlenging is enkel van toepassing op termijnen die verstrijken tijdens de opgelegde corona-maatregelen en op termijnen die aflopen binnen de 2 maanden na de verstrengde corona-maatregelen. De Vlaamse Belastingdienst hanteert momenteel 31 juli 2020 als het einde van de verstrengde coronamaatregelen. Met andere woorden: een algemene termijnverlenging tot (voorlopig) 30 september 2020 voor termijnen die aflopen tijdens de corona-maatregelen of binnen de 2 maanden na deze periode.

Die extra termijn van 2 maanden is van toepassing op:

De termijn om een aangifte van nalatenschap in te dienen;
De termijn voor het registreren van een akte;De termijnen bij gunstregimes: de teruggave bij wederverkoop van een onroerend goed binnen de 2 jaar, de meeneembaarheid door verrekening; domiciliëringsverplichting voor de enige gezinswoning (normaal 2 jaar na aankoop) en de domiciliëringsverplichting voor het klein beschrijf (normaal 3 jaar na aankoop).

5.2. Bovendien heeft de Vlaamse Belastingdienst te kennen gegeven dat zij zich soepel zullen opstellen bij het beoordelen van de aanvragen voor afbetalingsplannen met betrekking tot de belastingen die tot haar bevoegdheid behoren. Zo behoort bijvoorbeeld de registratie- en erfbelasting, maar ook de onroerende voorheffing tot de bevoegdheid van de Vlaamse Belastingdienst.

6. Te verwachten maatregelen

De Kamercommissie van Financiën heeft haar goedkeuring gegeven aan de volgende fiscale maatregelen:

Een carry-back systeem in de personen- en vennootschapsbelasting waarbij bedrijven en bv. zelfstandigen hun te verwachten verliezen van 2020 kunnen aftrekken van hun winsten uit 2019, met een maximum van 20 miljoen euro;
De mogelijkheid tot het aanleggen van een wederopbouwreserve voor bedrijven ten belope van verliezen die in 2020 worden geleden. De financiële middelen om het eigen vermogen weer op peil te brengen mogen dan afgetrokken worden van de winsten van dit en de volgende jaren.

Het is de bedoeling van de regering om voorwaarden te verbinden aan de voorgestelde maatregelen. Zo wordt er gedacht aan een verbod tot het uitkeren van dividenden, een verbod om over te gaan tot kapitaalvermindering, een verbod tot inkoop van eigen aandelen en een verbod van transacties naar belastingparadijzen zonder reële economische activiteit. Daarnaast is het de bedoeling om sancties te verbinden aan de maatregelen opdat men geen misbruik gaat maken van het systeem en de verliezen gaat overschatten.

De voorstellen worden ter beoordeling doorgestuurd naar de Raad van State waarna ze behandeld zullen worden door het parlement. Het zal dus nog even duren voor de maatregelen in hun definitieve vorm van kracht zullen zijn.

Bronnen:

Website FOD Financiën;
Circulaire 2020/C/45;
Circulaire 2020/C/54;
Circulaire 2020/C/58;
Circulaire 2020/C/60;
Wetsontwerp houdende diverse dringende fiscale bepalingen ten gevolge van de COVID-19 pandemie, zoals aangenomen op 20 mei 2020 (Doc 55 1174/011), www.dekamer.be.

Datum: 28 mei 2020. Deze nieuwsbrief is louter informatief en dient niet beschouwd te worden als een juridisch advies. Voor uw vragen of een juridisch advies kan u contact opnemen met ons kantoor.

Meer info over deze fiscale maatregelen? Ons team fiscaliteit staat voor u klaar.